Koningspaar spreekt bewoners oud-plantagedorp Johanna Margaretha
In dit artikel:
Koning Willem-Alexander en koningin Máxima zijn tijdens een boottocht over de Surinaamse rivier de Crommewijne aangelegd bij Johanna Margaretha, een voormalig plantagedorp met ongeveer honderd woningen. Daar spraken zij met bewoners en bezoekers van het nabijgelegen educatiecentrum Frederiksdorp, waar lokaal erfgoed wordt gedeeld en uitgelicht.
Een van de gesprekspartners was winkelier Robby Jwelal (69), eigenaar van supermarkt Robby; zijn naam siert ook een restaurant en een appartement in het dorp. Jwelal vertelde dat hij daarnaast 15 hectare land heeft, vee houdt (koeien, geiten, schapen, eenden) en wat landbouw bedrijft. De winkel gaat al generaties binnen zijn familie: hij nam hem over van zijn vader, die hem weer van diens vader had gekregen.
De familiegeschiedenis weerspiegelt bredere migratiepatronen: Jwelals overgrootvader kwam als contractarbeider uit India naar Suriname en werkte op een plantage in het district Crommewijne; hij had ook een winkel en een rijstmolen. Over de precieze behandeling van contractarbeiders op die plantages gaf Jwelal aan dat daar in de familie niet over is gesproken.
De komst van het koningspaar veranderde het rustige dorp tijdelijk in een levendige plek; Jwelal zei zich overweldigd te voelen en poseerde samen met zijn vrouw en het koningspaar achter de toonbank. Zijn levensmotto, doorgegeven door zijn vader — “waar een wil is, is een weg” en “wat je vandaag kunt doen, doe het direct” — illustreert zijn trots en ondernemingszin.